Opnieuw eindigt de overheidssteun die bankverzekeraar ING in januari kreeg op
het bordje van de Europese Commissie in Brussel.
Afgelopen september zette eurocommissaris Neelie Kroes vraagtekens
bij een constructie die Bos heeft toegepast om ING van een pakket
gifkredieten te verlossen. Kroes vermoedt dat de wijze waarop Bos in januari
dit jaar 22 miljard euro aan risicovolle, Amerikaanse hypotheekbeleggingen
overnam van ING te genereus is geweest.
Staatsschuld plus 20 miljard
Inmiddels zorgt diezelfde steunoperatie aan ING ook voor discussie over de
hoogte van de Nederlandse staatsschuld. Volgens het Centraal Bureau voor de
Statistiek (CBS) is de staatsschuld door de ING-operatie 20
miljard euro hoger dan Bos tot nog toe heeft aangegeven.
Het statistiekbureau Eurostat, dat onder de Europese Commissie valt, moet
hierover uitsluitsel geven.
Wel of geen lening
Hoe zat het ook weer? Begin dit jaar sloot Bos met ING een overeenkomst
waarbij de staat garant zou staat voor 22 miljard euro aan beleggingen in
zogenoemde Alt-A hypotheken van minder kredietwaardige Amerikanen. De
bankverzekeraar beloofde de staat een risicopremie te betalen, terwijl Bos
aan ING een vergoeding voor het beheer van de hypotheekportefeuille
toezegde.
Omdat de hypotheekbeleggingen juridisch eigendom bleven van ING en de staat
alleen "economisch" eigenaar werd, was de constructie volgens
minister Bos goedkoop. De staat hoefde immers zelf niets te lenen, waardoor
het beroep op de kapitaalmarkt niet toenam. En dus ook de staatsschuld niet.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek betwistte deze lezing maandag 5
oktober. Volgens het CBS is er door de ING-transactie gewoon 20 miljard euro
staatsschuld bij gekomen. Boekhoudkundig is het zo dat de staat volgens het
statistiekbureau de hypotheekbeleggingen van ING als bezit erbij heeft
gekregen. Daartegenover staat volgens het CBS dat ING een lening heeft
verstrekt aan de staat.
Die lening is formeel niet ineens gegeven, maar zit verstopt in de
betalingsstromen die van de staat naar ING vloeien. Die komen volgens het
CBS neer op de terugbetaling van een lening van 20 miljard euro, uitgespreid
over een reeks van jaren.
Boven de euronorm
Het ministerie van Financiën neemt deze interpretatie van het CBS niet
voetstoots aan. De ambtenaren van minister Bos willen eerst afwachten of de
rekenmeesters van de Europese Commissie, bij bureau Eurostat, akkoord gaan
met de sommen van het CBS. Pas dan telt de regering eventueel 20 miljard op
bij de staatsschuld.
Dat is niet zo vreemd, want door de optelsom van het CBS bedroeg de
staatsschuld afgelopen juni al 356 miljard euro, en zit Nederland op een
schuld die 61,1 procent van het bruto binnenlands product bedraagt. Dit is
meer dan de Europese norm van 60 procent van het bbp. Overigens zou die
grens naar verwachting sowieso in 2010 door Nederland worden overschreden.
Volgens de eisen van het Europese Stabiliteitspact zit Nederland inmiddels in
de gevarenzone, omdat ook het begrotingstekort boven de norm van 3 procent
van het bbp zit. Volgens het CBS bedraagt het tekort per half juni 3,7
procent van het bbp.
Of Nederland hiermee op het Europese strafbankje komt, is de vraag. Brussel
moet schipperen tussen de breed gedeelde consensus dat hogere
overheidsuitgaven op korte termijn nodig zijn om de recessie te bestrijden,
en eisen voor houdbare overheidsfinanciën.
Zwevende miljarden
Wat resteert is een gat 20 miljard euro in de telling van de staatsschuld
zoals het CBS die definieert, en cijfers die de Nederlandse regering geeft.
Eurostat doet pas in april 2010 uitspraak over de cijfers van 2009, laat een
woordvoerder weten. Opnieuw moet Bos wachten op het oordeel van een
Brusselse scheidsrechter.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl